Voor vandaag staat een bezoek aan Dinosaur National Monument op de planning. De naam van het park heeft er zeker toe bijgedragen dat het nog nooit eerder door ons is ingepland. Want we hebben helemaal niets met dinosaurussen en aanverwante zaken. Bovendien ligt het ook nog eens behoorlijk uit de richting voor de gemiddelde route. En toch. Telkens bleef dit park terugkomen bij dingen die we wilden bezoeken.
Dit jaar moest het er dan toch maar van komen. We hebben ervoor gekozen om gisteren al een stuk richting het park te gaan en daar een hotel te zoeken. Dat viel nog niet mee, want dit deel van Utah is niet heel erg populair te noemen. Maar het is gelukt en zorgde ervoor dat we deze ochtend maar iets meer dan anderhalf uur naar de ingang van het park dienden te rijden in plaats van 4 uur.
Dat was maar goed ook, want we zouden onze tijd hard nodig hebben vandaag. Want naast de fossielen van dinosaurussen zijn er ook nog eens tientallen petroglyphen in het park te zien. De fossielen van de dinosaurussen zijn te bewonderen in de groeve. Alleen daar zouden we al twee tot drie uur nodig hebben, als we de berichten mochten geloven. Ondanks dat het niet onze keuze is, keken we er stiekem toch wel naar uit.
We draaien de weg naar het bezoekerscentrum op en zien dat er door wegwerkzaamheden maar 1 rijbaan beschikbaar is. Dat betekent dat we er gewoon iets langer over doen. Even later zien we een bord waar we minder vrolijk van worden. De groeve is gesloten tot en met 21 oktober. En om eerlijk te zijn, de groeve is eigenlijk wel de reden waarom we naar dit park wilden. Als we bij het bezoekerscentrum zijn, parkeren we de auto op aanwijzen van de wegwerkers. ‘Sorry voor de rommel’, grapt er eentje. We lopen het bezoekerscentrum binnen, en de gemiddelde bezoeker is niet heel vrolijk. Iedereen komt hier eigenlijk voor het bezoeken van de groeve. Tja, we hebben het al vaker gezegd. Het is wat het is. Meer dan het beste ervan maken kunnen we niet.
We wandelen een korte ronde over de Fossil Trail. De enige wandeling in het park waar fossielen te zien zijn. We lopen het rondje en genieten van het landschap. En de fossielen? Eerlijk gezegd. Wij zien het niet. Er staan bordjes met informatie en foto’s. Maar als we voorbij het bordje kijken, zien we enkel stenen.
Nog meer teleurgesteld dan dat we al waren gaan we verder met de rest van ons programma. We stoppen bij de Lizard Petroglyphs en de teleurstelling verdwijnt al snel. We wandelen een stukje en gaan verder naar het volgende punt. De natuur is hier heel afwisselend. Als we in dit deel van het park alles hebben bezocht gaan we verder naar het westelijke deel van het park. Daar zijn de namelijk de McKee Petroglyphs te zien. We rijden het park uit en slaan meteen rechtsaf. Een onverharde weg op. Slechts 24 kilometer lang is deze tot aan de petroglyphen. Het is al snel hotsen en knotsen in de auto. De weg is behoorlijk ruw. Na een paar kilometer staan we aan een gesloten poort. Oei denken we. Private Property, dat wordt omdraaien en een andere (langere) route zoeken. Echter was dat niet het geval. In plaats daarvan hangt er een bordje op het hek met het verzoek om het hek te sluiten als je er doorheen bent gereden. Zo gezegd, zo gedaan.
We stuiteren vrolijk verder in een laag tempo. Korte tijd later staan we weer voor een hek. Hetzelfde verhaal. Hek achter je reet sluiten. Na 9 kilometer dienen we rechts af te slaan. De weg wordt nu een stuk beter en we rijden vlot verder. We stoppen bij de parkeerplaats en wandelen naar de petroglyphen. Ook deze zijn zeer bijzonder te noemen. En bovendien hebben ze de tand des tijds goed doorstaan. We wandelen een stukje verder en genieten van het zeer fraaie landschap. De teleurstelling is inmiddels helemaal verdwenen. Als we niet meer verder kunnen, keren we om en wandelen terug naar de auto. Omdat we aan de vroege kant zijn, kijken we op de kaart of er nog iets te zien is in dit deel van het park. We rijden naar een uitzichtpunt en hebben hier een schitterend uitzicht over Green River. Ook hier wandelen we een stukje en genieten volop.
We besluiten om richting het hotel te gaan. Omdat we ergens anders het park uitgaan dienen we nu 30 kilometer onverhard te rijden. Onderweg stoppen we om een geocache te gaan zoeken, en dan gebeurt plotseling iets waardoor we waarschijnlijk geschiedenis gaan schrijven. Althans dat denken we toch. Want als we de auto geparkeerd hebben zien we plotseling een grote schedel. We beginnen al te fantaseren hoe we deze nieuwe dino-soort moeten gaan noemen. Waarschijnlijk wordt het de ZaNaBoZaurus. En dan eindigt de dag zoals die begon. In een teleurstelling. Het was namelijk gewoon een schedel van een of ander rund.
































